Het zwarte schaap
Familie. Ik vind het maar een apart woord. Niet omdat ik mijn familie al in jaren niet meer gezien heb, want dat was een eenzijdige beslissing van hun kant. Lang verhaal, komt er op neer dat er een bewuste keuze is gemaakt om leugens te accepteren en mijn verhaal niet te willen horen, buiten dat de rest van de familie nooit naar mijn kant van het verhaal heeft gevraagd. Hun keuze en niet meer mijn probleem. Ik vind het een apart woord omdat het voor mij een compleet andere betekenis heeft gekregen.
Bloedband
Want wat maakt het woord familie? Een bloedband? Niet in mijn geval. Mijn vader overleed drie jaar geleden, en mijn moeder en de rest van de familie zag ik op de crematie. Ik heb ze sindsdien ook niet meer gezien of gesproken. Niet omdat ik daar niet voor openstond, maar dat was een keuze. Hun keuze. Nu hoeft dat voor mij niet meer. Zij hebben mij niets meer te vertellen en vice versa. Het is goed zo. Ik heb de term ‘Familie’ inmiddels een heel andere betekenis gegeven.
Familie is iets dat je krijgt, zonder dat je er om gevraagd hebt. Ik kies mijn familie liever zelf uit, dat is voor mij veel waardevoller. Zo voelen bepaalde vrienden van me, veel meer als familie. En daar heb ik dan ook een prima band mee. Ik mag dan nu ook zeggen dat ik overal ter wereld familie heb, en van allerlei afkomsten. Familie uit Turkije, Spanje, Italië, uit voormalig Joegoslavië, en Latijns Amerika. Ik heb zelfs een Surinaamse tweelingbroer, zoals we dat weleens gekscherend noemen. Ze hebben alleen niet allemaal dezelfde achternaam als ik.
Keuze
Ik heb destijds, noodgedwongen, vlak voor mijn bruiloft een keuze gemaakt. Ik heb voor mezelf gekozen. En daar hoort mijn gezin bij, en mijn schoonouders. Dat is familie. Een keuze die mijn bloedband-familie nooit heeft willen accepteren, maar dat weegt voor mij zwaarder dan een bloedband met mensen, waar ik niets meer mee heb.
Dat is een keuze die ik heb móeten maken. Móeten maken omdat ik geen zin meer had om verdriet te hebben om mensen die me alleen maar wilden raken. Ik was klaar om dat gevoel te dragen. Ook dat was een keuze. En ik ben maar wat blij dat ik me hebt losgesneden van mensen in wiens ogen ik er sowieso niet echt bij hoorde. Ik voelde me vaak het zwarte schaap, en zo ben ik ook een paar keer te veel genoemd.
Gelukkig
Ik ben gelukkig zoals het nu is. En laten we eerlijk zijn, dat is het aller- allerbelangrijkste. Liever gelukkig zonder mijn bloedband-familie dan ongelukkig, boos en vaak gefrustreerd met mijn bloedband-familie. Want geluk is iets dat je moet maken en daar horen bepaalde keuzes nu eenmaal bij.
Mijn naam draag ik met trots, maar daarmee is ook alles gezegd. De familienaam gaat ver terug met allerlei verhalen, die ik me via via heb laten vertellen. Dus ja, die naam betekent iets voor me. Maar net als je een straatnaam hebt waar je woont, zijn veel mensen gewoon passanten. Passanten die me hebben voorbij gelopen. Misschien heb ik ze een knikje gegeven, maar ik heb me na hùn keuze om door te lopen, niet meer omgedraaid.