Fakka?!
Toen ik jong was, zo’n dertig lentes terug, had ik een lidmaatschap van de plaatselijke bibliotheek. Een van de boeken die ik daar verreweg het meest geleend heb (en vaak veel te lang in mijn bezit had), was een boek geschreven door Jan Kuitenbrouwer. De titel van het boek was’Turbotaal’, en het ging over de straattaal van dat moment. Ik vond het fantastisch. Fakka
Dochterlief
Nu heb ik een dochter die ongeveer dezelfde leeftijd heeft als ik toen had. En die neemt van haar opleiding -ze wil graag politie-agente worden- op haar beurt weer allemaal woorden mee naar huis waar de meesten waarschijnlijk geen chocola van kunnen maken. Misschien zou het niet eens zo’n gek idee zijn om nu weer zo’n boek te schrijven…
Ik schreef al eerder dat ze van die woorden mee naar huis nam als ‘ka-olo’. Heel normaal in het taaltje van de straat tegenwoordig, en voor velen misschien ook wel quasi onschuldig, maar Roue Verveer was hier in zijn betoog heel helder in, het is een woord dat je niet zomaar gebruikt. En die boodschap heeft ze inmiddels, na veel getreiter met een knipoog, wel begrepen.
Fakka
Nu heeft ze weer zo’n woord, dat van het Surinaamse woord Fawaka komt. Alleen nu is dat dus Fakka, wat ‘hoe gaat het’ betekent. Alsof ze de W ingeslikt heeft. Ik ga dus helemaal stuk, want ik ken al die woorden wel: Ik heb veel jongere collega’s en die gebruiken die woorden ook. Dus ik kan wel uit dat zelfde vaatje tappen. Fakka
Soms, heel soms hoor ik mensen met elkaar praten en dan lijkt het wel alsof ik in een ander land op vakantie ben. Dan zitten er zoveel woorden in een zin waar veel mensen niets van snappen! “Ik maak geen fattoe (grap), die ka-olo (poepgat) nam die dagoe (hond) mee naar zijn osso (huis). Mattie (vriend), ik ging helemaal brokko (stuk van het lachen)!” Geen touw aan vast te knopen dus, als je de woorden niet kent.
Douwe Egberts
Jaren geleden had je zo’n reclame van D.E., van twee bejaarde dames die met elkaar koffie gingen drinken. Ik denk dat dat misschien weleens de aanzet is geweest om al deze woorden nu terug te vinden, het begon met het feit dat ze daar zo reed in haar waggie (auto), en dat 50ct uit haar speakers pompte.
En dat ze werd aangehouden door een scotoe (politie-agent) met zijn nette pattas (schoenen). Jaren later werd het nog eens aangewakkerd door the Blockparty met hun hit ‘Huts a niffauw’ waar ‘Niffauw’ dan weer neef betekent. Snap je het een beetje?
Terug naar toen
Ik heb nog weleens heimwee naar toen. Toen we de gulden hadden. Toen we voor een geeltje nog best wat boodschappen konden halen, of twee pakkies saffies konden halen voor een joet. Dat waren tijden. En als je dan een keer een meier had, dan was je helemaal sikker. Nu ben je panja (dronken).
Ik vond ‘Turbotaal’ toen echt een tof boek. En weet je, ik zou het nu gewoon weer lezen. Ook al staan er nu woorden in die de jeugd van vandaag met geen mogelijkheid meer zou begrijpen, ik zou de warme herinneringen koesteren, toen het allemaal nog normaal was. Nog voor de euro.
Zucht… Heerlijk!